karnawał 2
Op deze twee dagen
ontving ik de Heilige Communie als een daad van eerherstel.
En ik zei tegen de Heer:
'Jezus, ik bied vandaag alles aan voor zondaars.
Laat de slagen van Uw Gerechtigheid op mij vallen,
en de oceaan van Uw Barmhartigheid zal de arme zondaars overspoelen.'
En de Heer hoorde mijn gebed:
veel zielen keerden terug naar de Heer,
maar ik leed pijn onder het juk van Gods gerechtigheid.
Ik voelde dat ik het voorwerp was
van de Woede van de Allerhoogste God.
Tegen de avond had mijn lijden zo'n stadium van innerlijke verwoesting bereikt
dat gekreun onwillekeurig uit mijn borst opwelde.
Ik deed de deur van mijn kamer op slot
en begon een aanbidding,
d.w.z. een Heilig Uur.
Innerlijke troosteloosheid...
en een ervaring van Gods Gerechtigheid...
dat was mijn gebed.
En het gekreun en de pijn die uit mijn ziel opwelden,
namen de plaats in van een lieflijk gesprek met de Heer.
[db926]
Reacties
Een reactie posten