afwijzing
14 september 1937
Ik ervaar grote zielepijn
als ik zie dat God beledigd wordt.
Vandaag besefte ik
dat er doodzonden werden begaan
niet ver van onze deur.
Het was avond.
Ik bad vurig in de kapel
en ging toen mezelf geselen.
Toen ik echter knielde om te bidden
liet de Heer mij ervaren hoe een ziel die door God afgewezen is, lijdt.
Het leek me dat mijn hart in stukken werd gescheurd.
En tegelijkertijd begreep ik hoezeer zo'n ziel
het Allerbarmhartigste Hart van Jezus verwondt.
Het arme schepsel wil Gods Genade niet aanvaarden.
Hoe meer God een ziel met Zijn Barmhartigheid heeft achtervolgd
des te rechtmatiger/gerechter zal Hij jegens haar zijn.
'Mijn secretaris, schrijf
dat Ik genereuzer ben tegenover zondaars
dan tegenover de rechtschapenen/deugdzamen.'
'Het was ter wille van hén dat Ik uit de hemel neerdaalde.
Het was ter wille van hén dat Mijn Bloed werd vergoten.'
'Laat hen niet bang zijn om mij te benaderen.
Zij hebben Mijn Barmhartigheid het meest nodig.'
Reacties
Een reactie posten