władysław lohn 2
overleeft de oorlog.
Dat geldt ook voor Rudolf Höss
die wordt gearresteerd en naar Nürnberg gestuurd.
Höss wordt berecht en veroordeeld voor zijn oorlogsmisdaden.
Het tribunaal neemt de beslissing om alle oorlogsmisdadigers terug te sturen
naar de plaats waar ze hun misdaden hebben gepleegd.
Höss wordt dus teruggestuurd naar Polen.
Höss wordt toevallig naar een stad gestuurd die Wadowice heet
- in de middeleeuwen in het Duits Frauenstadt genoemd
wellicht naar de OLV-Basiliek, centraal in de stad -
en waar op 18 mei 1920 Karol Józef Wojtyła was geboren
die vele jaren later paus Johannes Paulus II zou worden
maar toen, kort tevoren, op 1 november 1946 (Allerheiligen!)
precies daar, in de basiliek, net tot priester was gewijd.
Höss weet dat hij zal worden opgehangen.
Hij zegt dat hij niet bang is om te sterven.
Maar wel bang om gemarteld te worden
omdat de plaatselijke bewakers Poolse jongens
uit de stad Auschwitz zijn.
Maar de Poolse bewakers martelen Höss niet.
In plaats daarvan behandelen ze hem met vriendelijkheid en respect.
Dit verandert het hart van de voormalige commandant zó...
dat hij daadwerkelijk Genade begint te ervaren.
Op een dag hoort Höss kerkklokken luiden.
die toevallig uit de kerk komen waar Karol Wojtyła priester is gewijd.
Slechts 350m daarvandaan...
Het is toevallig vrijdag 4 april 1947, Goede Vrijdag...
de dag dat Jezus aan het kruis sterft voor de Verlossing van de wereld.
En Höss vraagt of hij een priester mag zien.
De lokale Poolse bevolking kan niemand vinden die Duits spreekt.
Dan herinnert Höss zich de naam van de priester...
die hij in 1940 uit Auschwitz heeft geschopt.
Hij schrijft de naam op een vel papier.
'Władysław Lohn...'
'Zoek die man!'
Pater en professor Lohn kómt op bezoek bij Höss.
Op 10 april (donderdag van Paasoktaaf).
Hij aanhoort zijn biecht
en aanhoort zijn geloofsbelijdenis, geen weg meer terug...
en brengt Höss de volgende dag de eucharistie.
De man die Rudolf Höss uit Auschwitz geschopt had...
wordt door de Soevereine Heer van de hele Schepping gebruikt om Zijn Handen te zijn,
om de voormalige SS-Commandant van Auschwitz te verlossen
van Satan en de hel.
De bewakers die daar waren, getuigden...
dat de man die door het Poolse volk...
en de gevangenen van Auschwitz...
'het dier' zou zijn genoemd...
op zijn knieën viel en huilde.
Rudolf Höss werd zes dagen later, op 16 april 1947, opgehangen...
3d. na het 'Feest van de Goddelijke Barmhartigheid'
gevraagd door Christus aan zr. Faustina sinds 1934
en altijd gepromoot door paus Johannes Paulus II
maar pas op 30 april 2000 goedgekeurd
(de dag van haar heiligverklaring).
Toen pater Władysław Lohn in de gevangenis...
deze ontmoeting had met SS-commandant Rudolf Höss...
zat hij naast de man die persoonlijk verantwoordelijk was...
voor de moord op tweeënhalf miljoen mensen.
Een man die zijn vrienden had vermoord...
zijn mede-jezuïetenpriesters...
Een man die enorme goddeloosheid had begaan in deze wereld.
Maar pater Władysław Lohn noemde SS-Commandant Höss uiteindelijk 'broer'.
Dít is de genezende kracht van God.
Dit is ons Christendom.
Dit is onze kerk.
Dit is hoe Jezus ons...
Zijn volgelingen...
heeft geroepen.
[bron]
Reacties
Een reactie posten